Ik zal jou een simpel voorbeeld geven om het woord investeren beter te begrijpen. Een man genaamd Jan heeft hard gewerkt en daardoor heeft Jan momenteel €1.000 op zijn spaarrekening staan. Op een dag vraagt Jan zich af hoe hij van die €1.000 bijvoorbeeld €1.200 kan maken. Nu kan Jan twee dingen doen. 

Allereerst kan Jan ervoor kiezen om die €1.000 op een spaarrekening te laten staan, maar dan zal het geldbedrag niet of nauwelijks groeien, omdat de spaarrente die Jan ontvangt erg laag is. 

Ten tweede kan Jan ervoor kiezen om die €1.000 te investeren. Jan kijkt rond op het internet en leest dat hij zijn geld kan laten groeien door aandelen te kopen. Jan komt erachter dat het mogelijk is om aandelen van het bedrijf Apple te kopen. Jan is al bekend met dit bedrijf, want Jan maakt dagelijks gebruik van Apple haar producten. Jan besluit om voor €1.000 aan Apple aandelen te kopen. Op een dag kijkt Jan naar zijn Apple aandelen en hij ziet dat zijn aandelen met 20% in waarde zijn gestegen sinds hij de aandelen kocht. Als Jan besluit om zijn aandelen nu te verkopen dan krijgt Jan geen €1.000, maar €1.200 terug. Jan heeft door investeren een mooie winst behaald van €200.

Zoals je ziet in het voorbeeld ziet, investeert Jan het geld wat hij op dit moment niet nodig heeft. Vervolgens gebruikt Jan dit geld om meer geld te krijgen. Jan laat als het ware zijn geld voor hem werken.